www.bestmusicteacher.com - mrt. 2008

> terug

Bach vierhandig en viervoetig

Hoort, hoe goed en hoe liefelijk is het, als broeders ook tezamen spelen... Recentelijk verscheen een ronduit schitterende cd, waarop Euwe en Sybolt de Jong tezamen het Müller-orgel in de Grote of Jacobijnerkerk in Leeuwarden bespelen.
Het betreft het tweede deel in een serie waarin de broers bewerkingen van Sybolt de Jong van cantate-delen van Bach spelen. Let wel bewerkingen voor vierhandig èn viervoetig orgelspel. En dat is behoorlijk zeldzaam, heel veel meer dan een fuga van Schubert voor deze bezetting ken ik eigenlijk niet. Dus deze bewerkingen, die hopelijk ook worden uitgegeven zijn meer dan welkom. Bewerkingen die bovendien deze meer dan schitterende muziek toegankelijk maken voor mensen (en die zijn er) die niet zo van vocale muziek houden.
En: ik heb met rode oortjes en kloppend hart in een ruk naar deze cd zitten luisteren. Wat een fenomenaal orgelspel! De lessen van Wim van Beek, zelf een leerling van Adriaan Engels en meer dan 50 jaar organist aan de Groningse Martinikerk, hebben duidelijk vrucht gedragen. Uit tal van cantates van Bach werd een mooi, afwisselend programma samengesteld van diverse barokvormen (een concert, een suite, trio’s).
Op het mooi doorzichtig gespeelde ‘Was mein Gott will, das g’scheh allzeit’ BWV 111 (en wat heeft deze uitvoering een ‘drive’ en wat huppelt de figura corta die van dit stuk een groot feest maakt vrolijk overal doorheen, volgt een suite samengesteld uit delen uit de cantate’s 196, 34, 12 en 191.

Prachtig rustig klinkt ook de bewerking van een aria uit de bekende cantate 82, ‘Ich habe genug’. Hier zingt het orgel alsof er een zanger stond. Feestelijk klinkt dan weer het in de vorm van een concert geschreven openingsdeel van cantate 187, ‘Es wartet alles auf dir’. Let hier eens op de prachtige fuga. Een vondst ook om ook het trio super ‘Zudem ist Weisheit und Verstand’, waarin Bach net als in track 1 van deze cd de melodie van het koraal ‘Was mein Gott will, das g’scheh allzeit’ bewerkte op te nemen: zo kun je op je cd-speler horen hoe verschillend beide bewerkingen zijn. En luister eens naar de ragfijn gespeelde staccatonootjes in de bewerking van de aria ‘Die Seele ruht in Jesu Händen’ uit cantate 12, die hier de ‘Sterbeglocken’ illustreren: Bach op zijn best!

De cd sluit wonderschoon af met de enigszins archaïsche, maar daarom niet minder mooie prelude super ‘Ach Gott, vom Himmel sieh darein’ (Mozart gebruikte deze prachtige koraalmelodie nog in zijn Zauberflöte) uit cantate 2. Het samenspel van de broers is uit de kunst, hun timing klasse. Kort, maar zeer ter zake commentaar van Euwe de Jong motiveert e.e.a. Alle registraties worden vermeld.

Zoals gezegd: dit is een schitterende, fabelachtig mooi opgenomen cd. Het Müller-orgel uit 1727 in Leeuwarden -en wat een rijkgeschakeerd, kleurrijk orgel is dit niet- glorieert. En Bach? Hij zou genoten hebben van deze bewerkingen! Immers ook hij bewerkte werk van anderen en van zichzelf.

Luisteren.

Gerard van der Leeuw
www.bestmusicteacher.com